De Verenigde Naties en de regering van Afghanistan hebben deze week de krachten gebundeld om 80 miljoen dollar bijeen te krijgen om meer dan 2,5 miljoen mensen in het land te helpen die een tekort aan voeding hebben door de stijgende graanprijzen.
Dit hebben de Verenigde Naties bekendgemaakt. Brood is het basisvoedsel voor de meerderheid van de Afghaanse bevolking, terwijl graan het allerbelangrijkste landbouwgewas is in Afghanistan.
Vorig jaar is de prijs van meel gestegen met 58 procent, of zelfs 80 procent in sommige regio’s.
Er is een cruciale vraag naar gerichte voedselhulp om ervoor te zoregen dat de situatie niet nog meer verslechterd, aldus de regering van Afghanistan, het Wereldvoedselprogramma (WFP) van de VN en de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) van de VN.
“Deze gezamenlijke oproep wordt gedaan uit naam van 425.000 extreem arme Afghaanse families, die anders niet in staat zijn om in hun meest promaire levensbehoefte te voorzien, namelijk die van voedsel,” zei Bo Aplund, de Speciale Gezant van de secretaris-generaal van de VN voor Afghanistan.
Hij riep donorlanden op om vrijgevig te zijn, om “ervoor te zorgen dat deze families zichzelf kunnen voeden, en dat de meest kwetsbare mensen, voornamelijk vrouwen en kinderen, niet het slachtoffer worden van ondervoeding”.
De fondsen die bijeen worden gebracht zijn ook bestemd als aanvullende voeding voor mensen die het meest in gevaar verkeren en momenteel al ondervoed zijn.
Oproepen om voedsel op te slaan in verschillende provincies om tijdens de winter te distribueren werden al in de laatste maanden van 2007 geplaatst door medewerkers van de VN en hulporganisaties.
Alleen al in de vier westelijke provincies Farah, Herat, Badghis en Ghor hebben 1 miljoen mensen voedselhulp nodig.
De stijging van de graanprijzen wordt in de verklaring van de VN genoemd, maar Afghaanse columnisten schreven dat er onvoldoende voedsel is opgeslagen in kwetsbare gebieden voordat het winter werd.
Oorzaken
Sommige mensen wijten de tekorten mede aan de graansmokkel uit Afghanistan naar het noordelijke buurland Tadzjikistan.
Begin deze maand verklaarde de minister van Economische Zaken Amin Farhang dat de stijging van de graanprijs op de wereldmarkt een ernstig probleem vormt terwijl de politieke crisis in buurland Pakistan voedseltransporten naar Afghanistan bemoeilijkt.
Eerder werd ook al bekendgemaakt dat door de huidige situatie in Pakistan de prijzen in Afghanistan aan het stijgen zijn van producten.
De provincie Ghor had afgelopen jaar een slechte oogst omdat de winter lang duurde en de zomer droog was.
In de zuidelijke provincie Helmand zijn veel boeren overgestapt van het verbouwen van graan op papaver omdat dat meer oplevert.
Door de slechte veiligheidssituatie in Afghanistan is het bovendien niet altijd mogelijk om voedsel af te leveren in bepaalde districten waar dat nodig is. Ook worden hulptransporten overvallen door de Taliban of bendes.
Voorbeeld van een situatie
Zo afgelopen november een voedselkonvooi van het Wereldvoedselprogramma (WFP) van de Verenigde Naties met 50 ton voedselhulp voor duizenden hulpbehoevenden het district Geeti in de provincie Daykundi niet te bereiken. Het was er te onveilig.
Voedselhulp bereikt Geeti niet
zaterdag 26 januari 2008
VN en Afghaanse overheid plaatsen dringende oproep voedselhulp voor Afghanistan
Labels:
amin farhang,
bo aplund,
economie,
ghor,
graan,
graanprijzen,
helmand,
honger,
pakistan,
verenigde naties,
wfp,
who